Kristallen bestaan uit talloze kleine bouwstenen die bestaan uit een bepaalde rangschikking van atomen. Hoe deze bouwstenen worden gecombineerd bepaald het kristal zijn vorm. De bouwstenen van een kristal vormen samen een zogeheten atoomrooster wat een kristal zijn geometrische vorm of ‘symmetrie’ geeft. Alle kristallen zijn op de een of andere manier symmetrisch.
Er zijn zes fundamentele kristalsystemen te onderscheiden die ieder op basis van de rangschikking van de atomen of moleculen de vorm geven.
Kubisch of isometrisch kristalstelsel
Dit is het meest symmetrische en eenvoudigste kristalstelsel. Het heeft drie gelijke assen en deze staan loodrecht op elkaar. Door de gelijkheid van de assen zijn mineralen in het kubisch systeem enkelvoudig refractief of isotroop. De belangrijkste vormen zijn kubussen en octaëders. Voorbeelden: Galeniet, Haliet, Zilver, Goud, Fluoriet, Diamant, Pyriet, Lapis Lazuli, Sodaliet, Granaat, Spinel, Magnetiet en Koper.
Tetragonaal
Het tetragonale systeem is het minst voorkomende systeem en kenmerkt zich door twee assen die gelijk in lengte zijn en een derde as die langer of korter. Voorbeelden: Apofyliet, Idocraas, Rutiel, Vesuvianiet, Chalcopyriet, Zirkoon, Cassiteriet, Wulfeniet en Scheeliet.
Orthorombisch
In dit kristalstelsel zijn er drie assen, die allemaal onder een hoek van 90 graden met elkaar samenkomen. Alle assen zijn echter verschillend van lengte. Voorbeelden: Bariet, Olivijn, Topaas, Hyperstheen, Peridoot, Ioliet, Zwavel, Aragoniet, Celestien en Cerussiet.
Monoklien
Hier zijn alle drie de assen ongelijk in lengte en staan niet loodrecht op elkaar. Een tweevoudige symmetrieas. Voorbeelden: Malachiet, Stauroliet, Kunziet, Selenietgips, Mica, Orthoklaas, Manganiet, Hoornblende, Borax, Azuriet, en Diopsiet.
Triklien
Dit is het minst symmetrische systeem, met drie ongelijke assen en geen kruisingen in hoeken van 90 graden. Voorbeelden: Microlien Veldspaat, Amazoniet, Aventurijn, Albiet, Turkoois, Serpentijn, Kaoliniet.
Hexagonaal (en Trigonaal)
Kristallen in dit systeem hebben een zeshoekig systeem met een extra as, waardoor de kristallen zes zijden hebben. Drie van deze zijden zijn even lang en staan op 60 graden van elkaar. De verticale as staat op 90 graden van de kortere assen. Voorbeelden: Apatiet, Aquamarijn, Morganiet, Smaragd, Beryl, Kwarts.
Amorfe
Naast deze zes kristalsystemen zijn er ook amorfe materialen waarin moleculen zich niet in een regelmatig rooster vastleggen. Amorfe materialen zijn technisch gezien geen mineralen omdat ze zich niet in een van de kristalsystemen vormen. Voorbeelden van amorfe materialen die als edelsteen worden gebruikt zijn Barnsteen, Obsidiaan, Git, Moldaviet en Opaal.